Gaven

Benodigdheden:

Kaartjes met talenten

 

Introductie: 

Begroet bij binnenkomst iedereen speciaal door het benoemen van iets aardigs. Bijvoorbeeld: Wat zit je haar leuk, ik vind het leuk dat je zo vrolijk bent, etc.

Als iedereen zit, maak je een rondje waarin iedereen iets vertelt waarom hij of zij anders is dan de anderen. ‘Wat maakt jou speciaal?’

 


Opdracht 1: Zing samen dit lied.

Lied: Iedereen is anders

 

 

Opdracht 2: Lees samen in de Bijbel over de gelijkenis van de talenten. Dit kun je lezen in Matteüs 25:1-46. Maak tijdens het lezen gebruik van deze illustraties.

 

 

Opdracht 3: Kijk daarna naar dit filmpje over de gelijkenis van de talenten

 

Bespreek met de deelnemers of ze het filmpje hebben begrepen. Is het eerlijk hoe de baas reageert op de persoon die zijn talent in een schatkist heeft gestopt?

 


Opdracht 4:

A. Geschikt voor mensen met een matige tot lichte verstandelijke beperking.

Leg een aantal kaarten met plaatjes van talenten en kwaliteiten op de tafel en laat de deelnemers een kaartje uitzoeken waar zij goed in zijn. Deelnemers vertellen wat zij met hun talenten doen.

De deelnemers geven daarna elkaar een kaartje met een positieve eigenschap.

 

B. Geschikt voor mensen met een ernstige verstandelijke beperking.

Bedenk per deelnemer waar hij of zij van geniet en vertel dit. Het is mooi als elk talent uitgevoerd kan worden.

Voorbeelden:

– Iemand houdt van bepaalde muziek. Luister met elkaar naar deze muziek.

– Iemand kan goed dansen. Laat hem een dansje doen.

– Iemand maakt vaak grapjes. Laat hem een mopje vertellen.


Afsluiting: 

Dank God in het gebed voor de gaven en talenten van de deelnemers.

 

Onderstaande afbeelding kun je tijdens de les gebruiken.