Mensen met een verstandelijke beperking kunnen verschillende syndromen hebben. Het is als kerkelijk – of pastoraal werker zinvol om te weten hoe je met de mensen met een beperking kunt omgaan; wat kun je verwachten en hoe kun je hierop reageren?
In de pagina’s die bij dit onderdeel horen, zie je een aantal syndromen. Er staat een korte beschrijving van het syndroom met daarbij een aantal begeleidingstips. Die kun je toepassen in de omgang tijdens (bijbelstudie) gesprekjes.
Als je meer over een syndroom wil weten, klik dan op de aangegeven websites.
Bij elk syndroom kun je een (kort) filmpje zien, waarin meer verteld wordt over het syndroom en de omgang met mensen die dit syndroom hebben.
Opmerking: er zijn nog veel meer syndromen vastgesteld bij mensen met een verstandelijke beperking. Als je iemand in de gemeente hebt met een syndroom wat hier niet beschreven is, kun je contact opnemen met de redactie van Opkijken of zelf op zoek gaan op internet.
Algemene opmerking
Bij elk syndroom staan algemene kenmerken beschreven. Ieder mens is uniek en heeft eigen karaktereigenschappen. Kijk daarom in de omgang met mensen met een verstandelijke beperking vooral naar de persoon zelf. Vraag eventueel om speciale begeleidingsmogelijkheden aan ouders of begeleiders. Als algemeen uitgangspunt in je omgang met mensen met een verstandelijke beperking kun je nemen: ‘Doe zo gewoon waar mogelijk, en speciaal waar nodig.’