Hofstad Catechismus – Vraag 29

Hoe kunnen we gered worden?

Alleen door het geloof in Jezus Christus en in Zijn plaatsvervangende verzoenende dood aan het kruis; dus, ook al zijn we schuldig, doordat we God ongehoorzaam zijn geweest en nog steeds geneigd zijn tot alle kwaad, toch zal God, zonder enige verdienste van ons zelf, maar alleen uit pure genade, de volmaakte gerechtigheid van Christus ons toerekenen, als we ons bekeren en geloven in Hem.

Efeziërs 2: 8-9
Door zijn genade bent u nu immers gered, dankzij uw geloof. Maar dat dankt u niet aan uzelf; het is een geschenk van God en geen gevolg van uw daden, dus niemand kan zich erop laten voorstaan.

 

 1. Intro

Maak een rondje waarbij iedereen kort vertelt wat het woord genade bij hem of haar oproept.

 

2. Filmintro

Bekijk het filmpje.

Daarna is er kort gelegenheid voor hen die iets willen noemen uit het filmpje dat hen geraakt heeft.

 

3. Verwerking

a. Bijbelstudie Efeziërs 2: 1-10

Lees samen Efeziërs 2 : 1-10 twee keer rustig door.

Je kunt dit gedeelte in een schema weergeven:

hoe het was ==> hoe het nu is

Bepreek de volgende vragen:

1.  welke verzen beschrijven hoe het was?

     wat vind je van die beschrijving?

     kun je vers 3 op jezelf toepassen?

2.  welke verzen beschrijven he het nu is?

      bepaal voor jezelf welk gedeelte in vers 4 – 7 je het meest aanspreekt.

      wissel het met elkaar uit.

3.  welke verzen beschrijven hoe de verandering tot stand is gekomen?

      formuleer voor jezelf in één zin wat Paulus hier zegt over onze verlossing.

      vergelijk de zinnen met elkaar.

      waar zit jijzelf in het bovenstaande schema, en hoe weet je dat?

      als je gelooft maakt dit je …………… Welk woord vul je in?

b. Bespreking definitie Tim Keller

Tim Keller geeft de volgende samenvatting van genade:

Je bent zondiger en gebrekkiger dan je ooit kunt geloven;

en tegelijk: je bent meer geaccepteerd en bemind dan je ooit hebt durven hopen.

Bespreek vervolgens de volgende vragen:

  • waar vind je de twee delen vandeze definitie terug in antwoord 29?
  • op welke van de twee delen van de definitie ligt in jouw geloofsleven het accent?
  • kun je aangeven waarom je beide delen even sterk moet benadrukken, en wat het betekent voor je geloofsleven als je dat doet?

c. Een hedendaagse gelijkenis

Lees samen het volgende verhaal (uit: Basics van de Bijbel, Jasper Klapwijk, p. 107-108)

Er was eens een alleenstaande vader. Zijn vrouw was overleden en hij had één kind, Chris, een zoontje van vijf jaar oud. Dat jongetje betekende alles voor hem! Hij hield van hem met heel zijn hart. Op een dag zat Chris op de stoep voor z’n huis te kleuren met stoepkrijt. Op een gegeven moment kwam er een grote, wat onguur uitziende kerel aanlopen, het hoofd kaalgeschoren, in leer gekleed. Wat er precies gebeurde is niet echt duidelijk. Struikelde hij over Chris? Kreeg hij misschien vlekken op zijn kleren? Of ergerde hij zich zomaar aan dat kleine kind? Waarom hij het deed, zal wel nooit iemand weten, maar toen het jongetje voor z’n voeten kwam, verkocht hij hem een enorme schop. Daarna nog één, die Chris’ hoofd raakte. Hij raakte hem zo hard, dat je zijn nek hoorde breken. En het is ongelooflijk, maar daarna vervolgde de man zijn weg naar huis alsof er niets gebeurd was. Toen de vader naar buiten kwam gerend en zijn zoontje dood op de stoep vond, brak zijn hart en stortte zijn wereld in. Kort daarna kwam de buurvrouw aangerend. Zij had alles zien gebeuren en had zelfs de dader herkend. Ze wist waar hij woonde en vertelde dat aan de getroffen vader. Wat deed toen die vader? Hij kon verschillende dingen doen. Hij kon een mes of een honkbalknuppel pakken, de dader opzoeken en al z’n woede koelen op die bruut. Wie zou er geen begrip hebben voor zo’n wanhopige reactie? Maar hij koos niet voor wraak. Hij kon naar de politie gaan en alles wat hij te horen had gekregen doorgeven, zodat de dader kon worden opgepakt. Dan zou hij later bij de rechtszaak aanwezig kunnen zijn en een zware straf tegen de dader horen uitspreken. Dat zou een keuze voor gerechtigheid zijn geweest. Maar ook daarvoor koos hij niet. De vader deed het volgende: hij ging wel naar het huis van de dader, maar zonder wapens. Hij trof hem aan in een uitgewoond en armoedig pand en hij ging met de dader in gesprek. Wat er precies besproken is weet niemand, maar het draaide erop uit dat de vader hem alles vergaf. Hij ging zelfs nog verder: hij trok zich het lot aan van die gewelddadige, asociale man die zo hoe het was hoe het is van zijn omgeving vervreemd was, en hij bood de man aan bij hem in huis te komen wonen. Een tijd later maakte hij hem zelfs zijn erfgenaam in de plaats van zijn vermoorde zoontje.

Denk een tijdje na over dit verhaal, en laat ieder vervolgens kort een reactie te geven.

Bespreek daarna de volgende vragen:

  • wat zegt dit verhaal over genade?
  • hoe je dit verhaal leest hangt volledig af van de vraag of je je kunt identificeren met die man, die de oorzaak was van de dood van de zoon van de vader. Kun jij dat? Welk effect heeft dat op je relatie met God?
  • welke bijbelse gelijkenissen ken je met dezelfde boodschap?

 

d. Gesprekspunten

  • is het mogelijk dat mensen vanwege de boodschap van genade minder toegewijd gaan leven?
  • wat doet de boodschap van genade met jou?
  • “hoe minder er gepraat wordt over zonde en Gods toorn, hoe oppervlakkiger het geloof wordt.” Ben je het met deze stelling eens?
  • bespreek de volgende stelling: “genade is gratis, maar niet goedkoop.”
  • zoek de tekst van het lied “Amazing Grace” op en bespreek die tekst samen.

4. Gebed

Wees een aantal minuten stil en denk er tijdens die stilte over na wat genade voor je betekent. Laat op deze stilte een (kring)gebed volgen.

 

Achtergrondmateriaal

(bedoeld voor degene die de avond voorbereidt, en voor wie zich er wat extra in willen verdiepen)

– Alle religies op de wereld willen antwoord geven op de ene vraag: wat moet jij doen om gelukkig of gered of door God geaccepteerd te worden? Om gered te worden moet je je aan allerlei geboden houden, zegt de ene godsdienst. Een andere zegt: je moet je plichten trouw vervullen. Een derde zegt dat je gelukkig wordt als je maar de juiste meditatietechnieken gebruikt. Maar de kern van de bijbelse boodschap is anders: het gaat er niet om wat jij doet, het gaat erom wat Hij, Jezus, voor jou heeft gedaan.

En daarbij gaat het niet alleen over de vergeving van onze zonden. Het is niet: ‘Oké, Jezus is voor jouw zonden gestorven, maar dat zal dan nog wel eerst moeten blijken in jouw leven!’ Of: ‘Je bent pas goed gereformeerd als je…’ en dan volgt een hele rij zaken die je zou moeten doen of moeten laten.

Het geschenk dat God geeft is niet alleen de vergeving van onze zonden. Nee, uiteindelijk is dat geschenk een nieuw leven in en met Jezus. Ook het nieuwe leven, ook de goede daden, zijn het resultaat van zijn werk in ons leven. Dat we het heil niet zelf kunnen verdienen is bij de meeste gereformeerden wel doorgedrongen, maar soms lijkt het er toch op dat we een betaling achteraf wel gepast vinden: God heeft iets voor mij gedaan, dan moet ik natuurlijk wel iets terugdoen. Maar dat kan niet, want God doet je alles cadeau. Stel je eens voor dat iemand die heel veel van je houdt jou een prachtig cadeau geeft. Hoe zou het dan op hem of haar overkomen als jij in reactie daarop je portemonnee trekt en vraagt: ‘Hoeveel krijg je van me?’

– Maakt deze leer de mensen niet zorgeloos en goddeloos? Iemand zei eens: ‘Als je het verhaal van de genade vertelt en deze tegenwerping komt niet naar voren, dan heb je nog niet goed duidelijk gemaakt wat genade echt inhoudt.’ Het verhaal van de genade roept weerstand op. Krijg ik alles voor niets, zonder er iets voor te hoeven doen? Dat kan toch niet waar zijn, dat is toch veel te gemakkelijk? De oudere broer van de weggelopen zoon, de arbeiders uit de wijngaard die de hele dag in de zon gewerkt hadden, de actieve Farizeeër, ze ergeren zich allemaal wezenloos aan deze boodschap van genade, en met hen heel veel kerkmensen.

Maar wie echt geraakt is door de genade, die voelt wel aan dat deze tegenwerping geen hout snijdt. Na het feest wilde de verloren zoon maar één ding: thuis blijven en werken voor zijn vader. Na hun wonderbaarlijke beloning wilden de mannen die een uur hadden gewerkt voortaan elke verdere dag van hun leven voor die wijnboer werken. En de tollenaar die tot zijn verbazing vergeving ontving, die belijdt niet alleen zijn schuld, maar zingt ook de lof van God. Wie beseft dat hij de dood van Gods Zoon op zijn geweten heeft en dat hij desondanks door de Vader in huis is genomen, die wil alleen nog maar leven met en voor Hem.